Onderzoek
Opzet Retrospectief cohortonderzoek, uitgevoerd in een ziekenhuis voor patiënten met hartfalen. Bij deze patiënten bracht men de gezondheidsvaardigheid in kaart door middel van drie vragen. Uitkomstmaten waren overlijden en aantal ziekenhuisopnames door alle oorzaken (niet alleen hartfalen).
Methode De onderzoekers benaderden 2156 patiënten, waarvan er 1494 meededen. Ze brachten de gezondheidsvaardigheid in kaart door middel van de volgende vragen: Hoe vaak hebt u hulp nodig bij het doorlezen van informatie van het ziekenhuis? Hoe vaak veroorzaakt het niet goed kunnen lezen van ziekenhuismaterialen problemen voor uw aandoening? Lukt het om zelfstandig formulieren in te vullen? Aan de hand van de antwoorden splitste men de patiënten in twee groepen: een groep met gebrekkige gezondheidsvaardigheid en een met goede gezondheidsvaardigheid. Van de patiënten in de twee groepen werd bekeken hoe vaak ze in de anderhalf jaar daarna in het ziekenhuis werden opgenomen; of overleden. Variabelen die de uitkomst konden vertroebelen werden onder controle gehouden.
Resultaten Er waren 262 patiënten (17,5%) met gebrekkige gezondheidsvaardigheid. Dit is meer dan 1 op de 6 patiënten. Patiënten met gebrekkige gezondheidsvaardigheid waren ouder, hadden een lagere sociaaleconomische status, waren lager opgeleid en hadden meer aandoeningen naast hun hartfalen zoals diabetes, hypertensie, COPD en herseninfarct. In de groep patiënten met gebrekkige gezondheidsvaardigheid stierven in de volgende anderhalf jaar 46 van de 262 patiënten (17,6%), terwijl 78 van de 1232 patiënten met goede gezondheidsvaardigheid (6,3%) stierven. Dit is een significant verschil. Bij het aantal ziekenhuisopnames in beide groepen vond men geen significant verschil: er waren in totaal 366 ziekenhuisopnames in de follow-upperiode, waarvan 80 in de groep met lage gezondheidsvaardigheden (30,5%) en 286 in de groep met adequate gezondheidsvaardigheden (23,2%).
Commentaar
Uit dit onderzoek blijkt een relatie tussen gebrek aan gezondheidsvaardigheden en sterfte bij patiënten met hartfalen. Een minpunt van dit onderzoek is dat alle patiënten uit dezelfde zorgorganisatie afkomstig waren. Beter is het om een grotere onderzoeksgroep te hebben uit meerdere zorginstellingen.
Volgens de auteurs kunnen de drie screenende vragen die bij dit onderzoek gebruikt zijn, ook gebruikt worden om patiënten met gebrekkige gezondheidsvaardigheid in kaart te brengen.
Het is misschien een tip om deze vragen in de huisartsenpraktijk te gebruiken om de gezondheidsvaardigheid in kaart te brengen. Bij patiënten die slecht scoren kun je meteen gericht actie ondernemen, bijvoorbeeld door betere voorlichting te geven, of uitgebreidere uitleg over informatie van het ziekenhuis.
Bladnaam:
Tijdschrift voor praktijkondersteuning 2011, nummer 4
Literatuurverwijzingen: