Zou een praktijkverpleegkundige met overgewicht vertrouwen in haar eigen adviezen hebben wanneer ze patiënten adviseert om af te vallen of te gaan bewegen? Het was al bekend dat artsen die zélf gezond eten hun patiënten vaker voedingsadviezen geven.
In de Mayo Clinic onderzocht men of het gezondheidsgerelateerde gedrag van de zorgverlener verband houdt met hoe vaak deze adviezen geeft en hoeveel vertrouwen hij er zelf in heeft. Men benaderde 185 artsen, verpleegkundigen, physician assistants en nurse practitioners die zich met eerstelijnszorg bezighielden voor een schriftelijke enqûete. Van de 100 goed ingevulde vragenlijsten was de helft ingevuld door artsen, had 88% nooit gerookt en was de BMI gemiddeld 26.
De respondenten rapporteerden dat ze aan ruim 70% van de patiënten leefstijladviezen gaven, de dokters meer dan de verpleegkundigen. Er was géén relatie met het eigen gedrag. Hetzelfde gold voor het zelfvertrouwen van de zorgverlener: er was geen associatie tussen de eigen gedragingen en het vertrouwen dat de zorgverlener in zijn adviezen had. Minder dan eenderde van de respondenten gaf aan het lastig te vinden om patiënten te adviseren over leefstijlaspecten waar men zelf mee worstelde.
Er zijn uiteraard kanttekeningen bij het onderzoek te plaatsen; zo is het zelf rapporteren van gedrag niet de meest objectieve manier om dat gedrag te meten. Maar dat je zelf gezond moet leven om je patiënten goed te kunnen adviseren is vanuit de adviseur bekeken een fabeltje. (HvdW)
Bladnaam:
Tijdschrift voor praktijkondersteuning 2008, nummer 1
Literatuurverwijzingen: