1. Antwoord c is juist.
Het controleschema is individueel bepaald. Bij een patiënt zonder klachten en met goede glykemische waarden kun je volstaan met een controle eens per drie maanden. Je kunt eens per zes maanden controleren als glykemische instelling, lipidenspectrum en bloeddruk ook in orde zijn.

2. Antwoord a is juist.
In de NHG-Standaard Diabetes mellitus type 2 wordt gestreefd naar individuele streefwaarden, zie de tabel.
[[tbl:493]]

3. Antwoord b is juist.
Volgens het medicatiestappenplan in de NHG-Standaard Diabetes mellitus type 2 moet insuline worden toegevoegd aan metformine en een SU-derivaat.

4. Antwoord d is juist.
Als er tekenen zijn van retinopathie moet de fundusfoto jaarlijks herhaald worden. Vertoont de fundusfoto geen afwijkingen, dan kan controle na twee jaar plaatsvinden.

5. De volgende dagcurves zijn mogelijk:

• 4-punts preprandiale curve: metingen voor de drie hoofdmaaltijden en voor het slapen. Streefwaarden voor de hoofdmaaltijden 4,5-8 mmol/l en voor het slapengaan 8-10 mmol/l.
• 4-punts postprandiaal: metingen nuchter en 1,5-2 uur na de hoofmaaltijden (eventueel als extra ook een waarde voor het slapen). Streefwaarden nuchter 4,5-8 mmol/l; postprandiaal 4,5-9 mmol/l en voor het slapen 8-10 mmol/l.
• 7-puntscurve: metingen vóór en 1,5-2 uur na de hoofdmaaltijden en voor het slapen; streefwaarden voor de maaltijd 4,5-8 mmol/l, postprandiaal 4,5-9 mmol/l en voor het slapen 8-10 mmol/l. De keuze voor wanneer welke dagcurve hangt van het doel af (bepaling van het juiste insulineregime). Over het algemeen geldt: voor de instelling op insuline kunnen 7-puntsdagcurves handig zijn. Als de keuze is gemaakt zijn 4-puntsdagcurves bruikbaar.

6. D is het juiste antwoord.
Bij de meerderheid van de patiënten met diabetes mellitus type 2 zal het met toevoeging van NPH-insuline aan de orale bloedglucoseverlagende medicatie lukken om de streefwaarden van het HbA1c te halen. Bij NPH-insuline is de piekwerking 4 tot 8 uur na de injectie. De werkingsduur is 16 tot 18 uur. Inspuiten kan het beste gebeuren tussen avondeten en net voor het slapengaan, eventueel in de ochtend.