1

Juist

2

Onjuist

3

Juist

4

Onjuist

Prikkelhoest is een algemene bijwerking van ACE-remmers. Het risico op deze bijwerking is bij vrouwen en niet-rokers twee keer zo groot als bij mannen en rokers. De droge hoest begint meestal binnen een maand na het starten van de medicatie en houdt meestal aan zolang de behandeling wordt voortgezet; soms kan een dosisreductie de klachten wel verminderen, maar het hoesten verdwijnt zelden spontaan. Hoestprikkeldempende middelen helpen niet. Na staken van de ACE-remmer verdwijnen de klachten binnen een maand.

5

Juist

Lipofiele (makkelijk in vet oplossend) bètablokkers zoals metoprolol kunnen de bloed-hersenbarrière makkelijker passeren dan hydrofiele (makkelijk in water oplossend) bètablokkers zoals sotalol en atenolol. Op deze manier kunnen lipofiele bètablokkers eerder depressies veroorzaken en het slaappatroon verstoren. Toch tellen bij de keuze voor een bepaald type bètablokker vooral de selectiviteit en het gunstige effect op de harde eindpunten zoals mortaliteit.

6

Onjuist

Koude extremiteiten bij bètablokkergebruik kan komen door een verslechterende perifere circulatie.

7. Onjuist

Bètablokkers kunnen psoriasis veroorzaken of bestaande psoriasis verergeren. Ook na het staken van de medicatie kan psoriasis die al bestond voor het bètablokkergebruik, langer aanhouden.

8

Juist

9

Juist

Alle calciumantagonisten kunnen ongewenste vaatverwijdende effecten geven, zoals opvliegers en hoofdpijn. Bij preparaten met een gereguleerde afgifte worden hoge piekspiegels vermeden, waardoor minder vaatverwijdende bijwerkingen optreden.

10

Onjuist

Enkeloedeem bij calciumantagonisten komt door een toegenomen capillaire druk of
afgenomen lymfatische afvoer in de benen. Deze reageert niet op diuretica. Als deze
bijwerking optreedt en veel klachten geeft kan een elastische kous worden geprobeerd;
anders dient de medicatie te worden omgezet.